Hoe bereken ik de waarde van mijn webwinkel?


Hoe bereken ik de waarde van mijn webwinkel?

Als webshophouder bent u dagelijks waarschijnlijk drukker met de orderafhandeling en de klantenservice, dan met de waarde van uw onderneming. Toch is het naar mijn mening wel belangrijk om met regelmaat stil te staan bij de waarde van uw webshop. Niet alleen omdat u in geval van verkoop de maximale waarde zal willen realiseren, maar ook omdat denken in waarde op korte termijn verbeteringen oplevert waar u direct van profiteert.

In de loop van de tijd is er een breed scala aan methodes ontwikkeld waarmee de waarde bepaald zou kunnen worden. Denk aan de intrinsieke waarde (ook wel de ‘boekhoudersmethode’ genoemd) en de rentabiliteitsmethode. Daarnaast worden er vaak vuistregels gehanteerd, die veelal per industrie wat zullen verschillen. Een voorbeeld van zo’n vuistregel is ‘bedrag €X  keer het aantal vaste abonnees’ of ‘x keer de netto jaarwinst’.

Dit type waarderingsmethodes rekent lekker makkelijk, maar er zitten ook nadelen aan vast: Denk aan het breed te interpreteren begrip ‘winst’. Een tweede nadeel is dat deze methodes allemaal achteruit kijken, terwijl een koper (terecht) met name geïnteresseerd is in de toekomstige inkomsten van een webshop.

Dat is dan ook de reden dat de meeste valuators de waarde van MKB-ondernemingen bepalen aan de hand van een andere methode: De Discounted Cash Flow (DCF) methode.

De Discounted Cash Flow

Laat ik beginnen met de mededeling dat volledig objectieve waardebepalingen niet bestaan. Er zijn verschillende methodes en iedere methode geeft een andere uitkomst. Bovendien is er binnen de methodes de nodige ruimte voor eigen invulling op een begrip als ‘risico’. (en dat de invulling van koper en verkoper vaak niet overeenkomen zal duidelijk zijn :-)

De DCF-methode is daarentegen wel de meest geaccepteerde methode, vooral omdat er wordt gekeken naar de toekomstige kosten en baten. Met deze DCF-methode worden toekomstige kasstromen gewaardeerd en ‘contant gemaakt’ door te berekenen welke kosten er moeten worden gemaakt om die kasstromen daadwerkelijk te realiseren.

De redenering achter de DCF-methode is dat ‘huidig geld’ meer waarde heeft dan ‘toekomstig geld’. Bedenk daarbij of u liever nu 100 euro in uw zak heeft, of over een jaar met alle risico’s van dien. Met andere woorden, de toekomstige 100 euro heeft op dit moment voor u minder waarde dan de 100 euro in uw zak. Hoeveel het toekomstige geld minder waard is, hangt af van verschillende risicofactoren die we verder zullen toelichten in dit artikel.

Waarde volgens de Discounted Cash Flow methode

Volgens de DCF-methodiek moet de waarde worden bepaald met 3 elementen: Tijd, Geld en Onzekerheid (risico). Dat komt in de uitwerking naar voren aan de hand van 2 variabelen:

1. De verwachte jaarlijkse vrije kasstromen
2. De kosten van het geïnvesteerde vermogen (de ‘rendementseis)

In formulevorm komen deze elementen en deze variabelen als volgt terug:

Hier merk ik graag nog even op dat de formule ruimte geeft voor een planperiode en een restperiode, maar dat wij zelf voor webwinkels werken met een planperiode van 3 jaar plus een verkorte restperiode van 2 jaar. Met alle ontwikkelingen waar een webshop(houder) mee te maken heeft is vooruit kijken namelijk een hele kunst en wij merken dat kopers meestal niet bereid zijn om over een langere periode de cashflow contant te maken.

De vrije kasstroom wordt berekend door de EBIT (omzet minus de kosten van gewone bedrijfsuitoefening: de bedrijfswinst) te corrigeren voor afschrijvingen, rente, onttrekkingen aan de voorzieningen, mutaties in het werkkapitaal en (des)investeringen. Dit klinkt lastiger dan het is: Voor de meeste webshops spelen deze correcties slechts ten dele (er is bijvoorbeeld niet geleend).

De rendementseis wordt vervolgens bepaald aan de hand van de risicoloze rente (Rf - standaard 2%) + de marktpremie voor investeringen in aandelen (Rm - standaard 5,5%). Daar tellen we vervolgens een algemene risicopremie bij op voor webshops (Rs – standaard 12,5%) die vervolgens nog wordt gecorrigeerd voor de sterke & zwakke punten van een specifieke webshop (Ru).

Voorbeeld berekening

Laten we uitgaan van de volgende vrije kasstromen van een webshop op basis van het aanwezige business plan met prognoses: Jaar 1 op €30.000, voor jaar 2 op €40.000 en voor jaar 3 op €35.000.

Om de correctie (Ru) op de risicopremie vast te stellen bekijken we de webshop nader:  Deze is bijvoorbeeld bovengemiddeld afhankelijk van traffic van derden, doordat veel advertenties worden ingekocht bij Beslist en Adwords. Bovendien draait de webwinkel  op basis van dropshipping en heeft het een generiek assortiment. Daarnaast is de shop gebaseerd op een hosted platform dat eenvoudig overdraagbaar is. (ik noem een aantal willekeurige elementen die ik van invloed op de premie vind) Hiermee komen we met dit voorbeeld uit op een totale premie van 2%+5,5%+12,5%+20%=40,0%. Volgens de bovenstaabnde formule wordt waarde van deze webwinkel hiermee bepaald op +/- €70.000.

Een aantal aandachtspunten:

Webshophouders tellen wel eens hun voorraadwaarde bij de berekende waarde op. Dat is niet de bedoeling. Volgens de DCF-methode is voorraad een bedrijfsmiddel waarmee de vrije kasstromen worden gerealiseerd. Zonder dat middel zijn de kasstromen niet te realiseren. Als de voorraadwaarde hoger is dan de berekende bedrijfswaarde, dan zou je wellicht beter kunnen liquideren. Wel is het theoretisch mogelijk om een hoge voorraad in de prognoses af te bouwen en deze eenmalige baten meenemen in de waardering.

Wat we verder regelmatig tegenkomen is dat webshophouders de kasstromen niet corrigeren voor hun eigen uren en dat is wel de bedoeling: Deze uren zijn ‘kosten’ die noodzakelijk zijn voor de bedrijfsuitoefening.

‘Waarde’ komt in de praktijk eigenlijk niet overeen met ‘prijs’: De waarde is het bedrag dat wij hebben berekend aan de hand van de toekomstige inkomsten, gecorrigeerd voor risico en termijn. De prijs is vervolgens het bedrag dat koper en verkoper overeenkomen en dit bedrag is het resultaat van onderhandeling.

Afsluitend

Het zal duidelijk zijn: Waardebepaling is geen exacte wetenschap! Er zijn subjectieve factoren in het spel zoals de (deels aangenomen) risico’s. Die zijn vaak niet volledig hard te maken en een koper zal deze hoger kunnen inschatten dan de verkoper. Maar waardebepalingen vormen wel een prima methode om een inhoudelijke discussie tussen koper en verkoper plaats te laten vinden. En dat is in onze ervaring vaak de beste weg richting een deal.

Webshop Waarde app

In de appstore van o.a. CCV-shop en Lightspeed vinden de webshops op dit platform de gratis app van WebshopOvername.nl. Met deze app kunnen webshophouders zelf hun eigen waarde vaststellen en ontvangen ze concrete tips ter verhoging van de waarde!

bron | 11-06-2018